Vlaams-Nederlands team pleit in Nature voor innovatieve kustverdediging

Kustecosysteem vermindert kans op overstroming

De aanleg van grote ecosystemen als mangroves kan wereldwijd voor een betere bescherming tegen overstromingen zorgen. Deze methode blijkt beter bestand tegen klimaatverandering dan klassiekere methodes als dijken en stormvloed-keringen. Dat blijkt uit een studie van de Universiteit van Antwerpen in samenwerking met NIOZ, IMARES WUR, TU Delft en Ecoshape. Het onderzoek is in het wetenschappelijk tijdschrift Nature gepubliceerd.

Door de redactie

Klassiekere methodes niet altijd bestand tegen klimaatverandering

De studie bekijkt waar de noodzaak voor voorkomen van overstromingen het grootst is en hoe het land kan worden beschermd. “Het meest kritiek zijn dichtbevolkte rivierdelta’s, bij ons in West-Europa, maar ook in Zuidoost-Azië en Noord-Amerika. Klassieke methodes voor overstromingspreventie, zoals dijken, afsluitdammen en stormvloedkeringen, blijken niet altijd goed bestand te zijn tegen klimaatverandering. Ze moeten geregeld hoger en breder worden gemaakt, wat heel veel geld kost,” vertelt prof. dr. Stijn Temmerman, van de Universiteit van Antwerpen, en hoofdauteur van de studie, in een persbericht van het NIOZ.

“Bedijking van land kan bovendien nadelige gevolgen hebben doordat het water niet meer weg kan. Dit resulteert in extra opstuwing van stormvloeden in bedijkte riviermondingen en het wegzakken van het ingedijkte land door inklinking en bodemdrainage, waardoor het overstromingsrisico nog groter wordt. Kunstmatige waterkeringen verstoren ook het natuurlijke watermilieu. Zo heeft het afsluiten van zeearmen in de Zeeuwse delta bijvoorbeeld geleid tot giftige algenbloei en zuurstofloosheid bij de bodem, met rampzalige gevolgen voor het waterleven.”

Bouwen met de natuur

Temmerman en zijn collega’s pleiten daarom voor de aanleg van grote ecosystemen, die een meer natuurlijke buffer tegen stormvloeden, zeespiegelstijging en kusterosie bieden. Volgens het onderzoek zijn deze ‘bouwen met de natuur’-methodes beter bestand tegen klimaatverandering, en zijn ze kostenefficiënt en milieuvriendelijk. Daarbij dragen de wetenschappers voorbeelden uit Vlaaderen en Nederland aan, waar al ecosystemen zijn aangelegd als bescherming tegen overstroming en tegengaan van erosie: de zandmotor (schiereiland bij de kust van Ter Heijde) en oesterriffen in de Oosterschelde om erosie van getijdenplaten tegen te gaan.

In Bangladesh zijn naar Nederlands voorbeeld oesterriffen voor de kust aangelegd. Deze zorgen daar niet alleen voor een betere bescherming tegen kusterosie en overstromingen, maar de oesters vormen ook een duurzame bron van voedsel en inkomen voor de lokale bevolking. Wageningen UR, Royal HaskoningDHV en de Universiteit van Chittagong, Bangladesh, werken samen om het ontwerp van de riffen te verbeteren en beheer ervan te reguleren.

Ondanks de vele voordelen en gunstige toepassingsmogelijkheden zijn er ook beperkingen. Temmerman: “De aanleg van grote ecosystemen vraagt meer ruimte dan klassieke waterkeringen. Voorlopig is er ook veel minder ervaring mee en het duurt enkele jaren voor een ecosysteem zich goed heeft ontwikkeld.”