Klimaatreddende bodems

Klimaatverandering heeft grote impact op het uitoefenen van landbouw wereldwijd. Maar juist de landbouw kan volgens onderzoekers een cruciale rol spelen bij het tegengaan van die verandering door het toepassen van zogenaamd biochar, dat de bodem verbetert en tegelijkertijd CO2 opslaat. 

De provincie Groningen en Kiemkracht (alliantie van het productschap akkerbouw en het Innovatienetwerk) presenteren op 12 december tijdens de Agricultural Day (een side-event tijdens de top van Kopenhagen) de mogelijkheden om CO2 met hulp van Biochar langdurig op te slaan in de bodem.

Door het verhitten van biomassa zoals gewasresten of snoeiafval, onder luchtdichte condities ontstaat een koolstofrijke substantie die biochar wordt genoemd. Het is een soort houtskool waarin de koolstof moeilijk oxideert tot CO2. Als biochar door de bodem wordt gemengd, ontstaat een steeds dikkere laag zwarte aarde die veel vocht en nutriënten bevat.
De provincie Groningen en Kiemkracht zijn coördinator van het door de EU gefinancierde programma klimaatreddende bodem. Doel is met hulp van biochar blijvend bodemkwaliteit, bodemvruchtbaarheid en bodembiodiversiteit verbeteren en tegelijkertijd permanent CO2 in de bodem opslaan. Hiermee draagt de akkerbouw bij aan het voorkomen van klimaatverandering.

Veld bewerkt met
zwarte biochar

Biochar is volgens directeur van Kiemkracht en hoogleraar aan de Rijksuniveristeit Groningen Rob van Haren een zeer stabiele vorm van een organisch stof die vrijkomt bij de gecontroleerde verkoling van biomassa bij hoge temperaturen en onder zuurstofarme condities. Biochar kan vele honderden tot duizenden jaren in de bodem aanwezig blijven. De methode is afgeleid van de Terra Preta gronden uit de Amazone die daar duizenden jaren geleden door indianenstammen zijn gemaakt. De gronden zouden gecreëerd zijn door uit planten in de omgeving houtskool te maken en deze te mengen met de aanwezige aarde. Deze gronden hebben tot op vandaag hun bodemvruchtbare eigenschappen behouden.

Vanwege de positieve invloeden van biochar op de bodem wil de UNCCD (United Nations Convention to Combat Desertification) van de Verenigde Naties het gebruik hiervan stimuleren. De UNCCD wil biochar als officiële CO2-opslagmethode bij de volgende klimaatonderhandelingsronde erkend krijgen. Boeren kunnen in dat geval CO2-credits krijgen voor het permanent opslaan van CO2 in de bodem met behulp van biochar. Iedere ton biochar die in de bouwvoor wordt ingebracht staat gelijk aan de permanente opslag van ongeveer een ton CO2 in de bodem.

De Nederlandse samenleving produceert zeer veel organische reststromen. Het Platform Groene Grondstoffen schat dat er circa 18 miljoen ton aan organische bijproducten per jaar beschikbaar komt. De organische reststromen komen uit de stad, de land- en bosbouw en de industrie. Deze 18 miljoen ton is meer dan voldoende voor het realiseren van de totale Kyoto-doelstelling van 13 miljoen ton CO2- reductie in Nederland. De landbouw kan dit volgens Van Haren in potentie uitvoeren door alle organische restproducten in biochar om te zetten en deze in de bodem te verwerken. Hiermee draagt de akkerbouw bij aan het voorkomen van klimaatverandering. 

Klimaatverandering in de Noordzeeregio zou volgens voorspellingen een uitgesproken uitwerking hebben op de jaarlijkse neerslag patronen. Langere periodes van ernstige droogte en hevige regenval zullen aanzienlijk effect hebben op het uitoefenen van landbouw en de stabiliteit van de bodems. Bodems, rijk aan organisch materiaal en biologische diversiteit en activiteit, functioneren zowel als waterbuffer in periodes van droogte en als drainage in periodes van hevige neerslag. Planten wortelen dieper door biologische activiteit in de bodem en zo wordt erosie tegen gegaan.
 
De eigenschappen van biochar maken het mogelijk om vier speerpunten van EU beleid en strategie tegelijk aan te pakken: reductie van CO2 in de atmosfeer,  de productie van biobrandstof of bio-energie, omzetting van biomassa in biochar, het voorkomen van methaan-emissies vanaf stortplaatsen en het tegengaan van het verslechteren van de kwaliteit van de bodem.
 
Het project biochar, klimaatreddende bodems, wil op transnationaal niveau kennis uitwisseling stimuleren voor autoriteiten, producenten en gebruikers van het product. Dertien onderzoeksinstituten en universiteiten uit Nederland, Belgie, Duitsland, Denemarken, Zweden. Noorwegen en Groot-Brittannie werken samen om hun kennis en expertise uit te wisselen door middel van internationale competentiecentra. Er wordt een programma opgezet om het studenten die onderzoek doen naar biochar mogelijk te maken om deel te nemen aan uitwisselingsprogrammas van de deelnemende universiteiten.  
 
Het project is officieel gestart op 1 oktober 2009 en heeft een looptijd tot 30 september 2013. 

Meer informatie over de agricultural Day tijdens de Klimaattop in Kopenhagen via www.agriculturalday.org.

Meer informatie over het project Biochar: Klimaatreddende Bodems op www.kiemkracht.com of bij directeur Rob van Haren, directeur van Kiemkracht en hoogleraar productinnovatie en kennistransfer Agri-business aan de Rijksuniversiteit Groningen.

07 december 2009
Lees meer over adaptatie in het themanummer 'Climate Adaptation in Europe' van Change Magazine. Deze uitgave kunt u nabestellen.

Domein: Klimaatonderzoek